Onregelmatig perfectum

Gatenvuloefening

Vul de gaten in met het correcte voltooid deelwoord van het gegeven werkwoord. Druk dan op "Antwoord controleren" om uw antwoorden te controleren.
1. Heb je goed (slapen) ?
2. De deelnemers hebben vele kilometers (lopen) .
3. Mijn collega’s is vorige week (sterven) .
4. Ik heb mijn dagboek (verbergen) .
5. Ik heb gisteren in de zon (zitten) .
6. Hans is naar Rotterdam (rijden) .
7. Zijn jullie bij je tante (blijven) ?
8. We hebben lang boven de oceaan (vliegen) .
9. Het slachtoffer heeft haar arm (breken) .
10. Sjoerd heeft met kerstmis (zingen) .
11. Heeft u ons nieuwe product al (zien) ?
12. Ze zijn met de metro (komen) .