De ontkenning 3
Meerkeuze-oefening
In welke zin staat de correcte ontkenning?.
- De import uit Duitsland is het vorige jaar niet gegroeid.
- De import uit Duitsland is het vorige jaar geen gegroeid.
- In dit hotel worden geen dieren toegelaten.
- In dit hotel worden niet dieren toegelaten.
- Wat ben jij verkouden? Waarom neem je geen asperientje?
- Wat ben jij verkouden? Waarom neem je niet asperientje?
- Mijn collega ligt in het ziekenhuis. Ze mocht van de dokter niet thuis blijven.
- Mijn collega ligt in het ziekenhuis. Ze mocht van de dokter geen thuis blijven.
- Die jongen zal moeilijk werk vinden; hij heeft geen diploma.
- Die jongen zal moeilijk werk vinden; hij heeft niet diploma.
- Op het briefje staat: morgen is het laboratorium niet open.
- Op het briefje staat: morgen is het laboratorium geen open.
- Wat vervelend: het regent en ik heb geen paraplu!
- Wat vervelend: het regent en ik heb niet paraplu!
- De printer doet het niet; de inkt is op.
- De printer doet het geen; de inkt is op.
- De belastingsdienst heeft mij geen formulier gestuurd.
- De belastingsdienst heeft mij niet formulier gestuurd.
- Mijn vriend kan helaas niet koken.
- Mijn vriend kan helaas geen koken.